Hoe goed paardenhooi te herkennen - Paardenwaarden

Ga naar de inhoud

Hoofdmenu:

Hoe goed paardenhooi te herkennen

Wow Momenten > PAARDENWEI
Tien tweedejaars studentes van het AOC Leeuwarden krijgen op het praktijk-opleidingscentrum PTC+ in Oenkerk een praktijkles over hooi van docent paarden-houderij Cees Brans.
'Wie van jullie voert thuis de paarden wel eens?', wil Brans weten.
Ikke, ikke.
Ik niet, dat doet mijn vader altijd, meneer.
'Mmm, hebben jullie het op school al over hooi gehad?'
Neu...
Brans haalt er twee hooimonsters bij. Het ene is grofstengelig, het andere is fijner van structuur. Het hooi gaat de kring rond en wordt uitgebreid betast en beroken.
'Wat is nou beter?'
Het groffe, meneer.
'Ja, het is half juni gemaaid en heeft daarna een dag of vier op het land gelegen. Waar zou de meeste voedingswaarde in zitten?
Het fijne...?
Brans knikt bedachtzaam. 'Inderdaad. Wij hadden deze partij fijn hooi gekocht van een boer. Het kwam van arme grond, wisten we. Veilig hooi, zou je zeggen, dus we openen de eerste baal en voeren het aan de paarden. Wat denk je dat er gebeurt? Alle paarden tegen hoefbevangenheid aan.'
Brans' opmerking slaat in als een bom. Wat is er mis gegaan? Op het puntje van hun stoel luisteren de studentes naar Brans' uitleg.
'Bij navraag bleek dat dit hooi is geoogst in het najaar, bij helder en fris weer. Op dat soort dagen loopt het suikergehalte flink op. Laat in het seizoen staat de ademhaling van de grasplantjes 's nachts bijna stil, waardoor de suiker niet meer wordt gebruikt. Gevolg: hoge suikergehaltes in gras en in hooi/kuil. Weet je dat niet en heb je sobere pony's of paarden, dan krijg je een probleem. Een merrie met veulen kun je dit hooi wel voorzetten, want melk produceren voor een veulen kost veel energie. Nu we de twee soorten hooi een beetje mengen gaat het goed. Tot slot een trucje om het vochtgehalte in hooi te bepalen. Leg een plukje hooi om je vinger en draai het strak aan. Wordt je vinger niet nat dan is het hooi droger dan 50%. Wordt je vinger nat, dan is het voor paarden niet echt geschikt.' 
Tijd voor een quiz. Cees gaat vijf hooimonsters halen. De meiden mogen raden naar de samenstelling van het hooi en de mate waarin het geschikt is om aan paarden te voeren.
Dit fijne, groene hooi ruikt echt lekker, meneer.
'Het is afkomstig uit natuurgebied Lauwersmeer. Het is eind juli gemaaid en zit vol kruiden en riet. Heel smakelijk paardenhooi.
Echter, de voedingswaarde is niet heel hoog. Volgens de boer die het levert is het vrij van Jakobskruiskruid.' 
Is dit spul hooi? Nee toch?
'Het is luzerne. Het lijkt iets op klaver en is een smakelijke plant met een beetje eiwit en vrij veel energie. In gehakselde vorm is het als paardenvoer op de markt, maar er komt wel veel stof in.'
Oh meneer, dit hooi ziet er mooi groen uit en ruikt lekker.
'Goed gezien en geroken. Dit is graszaadhooi, heel grofstengelig en gezond, met weinig voedingswaarde. Perfect ruwvoer voor paarden. Het gemiddelde recreatiepaard kan het prima doen op goed ruwvoer. Omdat onze paarden moeten werken krijgen ze er een kilo krachtvoer per gewerkt uur bij.'
Dit bruine hooi ruikt naar tabak, meneer.
'Bijna goed. Het is afkomstig van een boer die de baaltjes te nat had opgestapeld. Daardoor is broei ontstaan, die het hooi onbruikbaar heeft gemaakt.'
Eén van de studentes is het daar niet mee eens.
Helemaal niet onbruikbaar, meneer. Als het naar tabak ruikt, kun je het misschien ook wel roken.
'Nou meid, wat let je? Koop de hele partij op en vermarkt het als rookhooi. Uche, Uche...'
 
Terug naar de inhoud | Terug naar het hoofdmenu